eigen_frontfoto

Kunnen biogasinstallaties onze warmtevraag vergroenen?

warmtevraag

Het recente Vlaams regeerakkoord stelt de toekomstige rol van biogasinstallaties duidelijk: samen met biomassa, moet biogas voornamelijk instaan voor het vergroenen van onze warmtevraag. Er zal een aangepast ondersteuningskader worden uitgewerkt voor de injectie van biomethaan. Deze inspanningen moeten onder andere bijdragen aan de vooropgestelde bijkomende vergroening van 10% van de energiedragers in de niet-ETS industrie tegen 2030.

Mits aanpassing aan het huidige biogas model, kunnen bestaande installaties tegemoetkomen aan de nieuwe eisen van de Vlaamse regering. Het vergroenen van onze warmtevraag en een nieuw ondersteuningskader voor biomethaan gaan namelijk hand in hand. Biomethaan is een hoogwaardige energiedrager en biedt een groen alternatief voor het gangbare aardgas. Het kan net als zijn fossiel equivalent worden ingezet voor allerlei warmtetoepassingen.

Hierbij moet echter een belangrijke kanttekening worden gemaakt. Wanneer biogasinstallaties ervoor kiezen de klassieke WKK-motor vervangen te vervangen door een opwerkingsinstallatie voor biomethaan, beschikken ze niet langer over de restwarmte van de WKK-motor. Heel wat installaties gebruiken die restwarmte voor het indrogen van digestaat of het op temperatuur houden van de vergister. Het drogen van digestaat met laagwaardige, industriële restwarmte biedt hier een mogelijke uitweg.

Uit een recente studie van Biogas-E blijkt dat enkel in West-Vlaanderen al voor 4 van de 11 agrarisch-industriële biogasinstallaties een interessante restwarmtebron kan worden geïdentificeerd. Een warmtenet kan de warmte transporteren van de restwarmtebron naar de biogasinstallatie. Eveneens identificeert de studie verschillende locaties in Antwerpen waar warmte-uitwisseling verder kan worden onderzocht, meer specifiek biedt de Antwerpse haven interessante opportuniteiten.

Door het benutten van industriële restwarmte, een laagwaardige bron van warmte, voor het drogen van digestaat, kunnen biogasinstallatie hun hoogwaardige bron, het biogas, verder opzuiveren en injecteren in het bestaande gasnet. Uit een eerdere Biogas-E bevraging bleek al dat 2 op de 3 uitbaters biomethaan beschouwen als een interessante toekomstpiste voor hun bedrijf. De biogasinstallatie kan er eveneens voor kiezen het biogas enkel deels op te zuiveren en een kleine WKK-motor behouden. Dit heeft als voordeel een meer flexibel businessmodel waardoor er kan ingespeeld worden op vraag en aanbod van de energiemarkt.

Een aantal belangrijke parameters spelen mee in de rendabiliteit van het aanleggen van een warmtenet, gekoppeld aan het plaatsen van een opzuiveringsinstallatie voor biogas. Door de omschakeling naar benuttig van laagwaardige industriële restwarmte voor digestaatdroging, valt in het huidige wetgevend kader de steun via warmtekrachtcertificaten weg en moet daarnaast de warmte worden aangekocht bij de restwarmtebron. Deze twee kosten moeten gedekt worden door de extra inkomsten verkregen voor de productie van biomethaan en/of extra inkomsten gegeneerd dankzij een meer flexibel businessmodel.

Uit het onderzoek van Biogas-E blijkt dat het drogen van digestaat met industriële restwarmte mogelijkheden biedt om de productie van biomethaan in Vlaanderen te boosten. Een stabiel steunkader dat dergelijke innovaties ondersteunt, en zo kansen geeft aan bestaande en nieuwe installaties, is echter noodzakelijk. Een correcte vergoeding voor de productie van biomethaan en het uitbalanceren van de energie op onze netten zullen dit vernieuwde model mee van de grond krijgen.

Raadpleeg hier het volledige onderzoek.

Datum publicatie